Paarden
Tijdens de klinische keuring, wordt het paard onderzocht op mogelijke afwijkingen en/ of aandoeningen. Het opnemen van het signalement, inspectie van mond, beluisteren van het hart en longen zijn hierbij vaste onderdelen. Daarnaast wordt het bewegingsapparaat van het paard beoordeeld in rust en in beweging; het beoordelen van de stap en de draf op de rechte lijn, het longeren op een harde en vervolgens zachte bodem. De dierenarts voert buigproeven uit waarbij bepaalde gewrichten enige tijd extra gebogen worden om eventuele pijnlijkheden op te sporen. Bij het wegdraven wordt gelet op onregelmatigheid en hoe lang deze eventuele onregelmatigheid aanhoudt. De buigproeven worden uitgevoerd aan alle vier benen.